Titel

Kuisheid als gezond onderdeel van leefwijzen

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 14 November, 2006)

Samenvatting

Een verkenning van het begrip 'gezonde kuisheid', uitgewerkt in diverse varianten en afgezet tegen een ongezonde 'preutsheid'.


Tekst


GEÏNSPIREERD DOOR ATHENE: KUISHEID ALS GEZOND ONDERDEEL VAN LEEFWIJZEN

door T. Rivas

In dit artikel wil ik kort belangrijke beweegredenen aangeven voor het leiden van een zogeheten 'kuis' leven. Ik maak daarbij onderscheid tussen een 'neurotische' vorm van kuisheid, oftewel 'preutsheid', en gezonde vormen. Het is mijn stelling dat kuisheid een gezond onderdeel van verscheidene leefwijzen kan zijn, en helemaal niet altijd te zien is als bron van neurose en frustratie. In de mythologie van de Oudheid was er tenminste één goddelijk wezen dat de gezonde kuisheid symboliseerde: de godin Pallas Athene of Minerva, in het Grieks bijgenaamd 'parthenos' (= de maagd, of de kuise) (1). Ik bedoel met kuisheid hier trouwens slechts één ding: een zich onthouden van seksuele activiteit (2).
Uitzonderingen hierop zijn denkbaar, zoals bij elk principe het geval is, bijvoorbeeId ten behoeve van het krijgen van kinderen. Maar het gaat me niet om die leefwijzen, waarbij de kuisheid zélf een uitzondering vormt. Men denke wat dit betreft aan periodes van onthouding, vergelijkbaar met vasten. Evenmin heb ik het 'kuise' huwelijksleven, of alleen de 'kuise' afwijzing van pornografie of prostitutie op het oog.


Neurotische vorm: preutsheid
Er bestaat ongetwijfeld een neurotische vorm van kuisheid, die slechts formeel als zodanig te bestempelen is. Inhoudelijk verschilt zij namelijk totaal van de gezonde vormen. In plaats van de onthouding als bevrijding te beleven en als bron van innerlijke rust, is de preutsheid innerlijk verscheurd.
Voor de schone schijn, die men zich vaak eigen gemaakt heeft, onthoudt men zich in de praktijk weliswaar van seksuele handelingen, maar zulke handelingen houden de persoon in hoge mate bezig. Men is er bang voor, soms tot in paranoïde mate, en verafschuwt ze bij anderen. De preutsheid staat dan ook zeer onverdraagzaam tegenover het geslachtsleven van medemensen, en veroordeelt hen die zich niet van seks onthouden, nog sterker wanneer het 'afwijkend' gedrag betreft.
Ik denk dat er twee bronnen zijn voor preutsheid. Ten eerste frustraties op erotisch gebied, waarbij sterke verlangens domweg zijn onderdrukt en niet zijn onderkend. Ten tweede traumata, zoals incest en verkrachting.
De Victoriaanse cultuur was berucht om zijn preutsheid en geldt wat dat betreft nog als spreekwoordelijk. Het is ironisch te bedenken dat de pornografie binnen deze cultuur welig tierde als schaduw van de schone schijn. De gevallen van neurose die Sigmund Freud bij vrouwen aantrof, worden vaak verklaard door het dubbelzinnige Victoriaanse klimaat: men werd beheerst door een conflict tussen de officiële kuisheid en een eigenlijke seksuele obsessie.
Men heeft volgens mij zonder meer gelijk als men stelt dat de seksuele revolutie die in het westen onder invloed van de psychoanalyse heeft plaatsgevonden, een geestelijke bevrijding betekende. Preutsheid is namelijk slechts een hypocriete en ziekelijke laag vernis over een wellustig gemoed. Alleen openheid en eerlijkheid kan preutsheid voorkomen.

Gezonde vormen van kuisheid
De gezonde vormen van kuisheid zijn niet preuts, maar laten een ieder in zijn of haar waarde. Men is (theoretisch) goed op de hoogte van de erotiek en gaat niet gebukt onder seksuele obsessies. De gezonde kuisheid is een keuze die men van binnenuit doet, niet vanwege sociale druk of frustraties. Zij leidt tot innerlijke rust en bevordert de wilskracht. Er zijn verschillende vormen van kuisheid die aldus gezond kunnen zijn:

a. de toewijdingsvorm;
b. de ascetische vorm;
c. de intuïtieve vorm.

a. De toewijdingsvorm
Onder deze vrom versta ik de kuisheid als onderdeel van een toegewijdheid aan een godheid. Deze vorm is internationaal bekend, men denke bijvoorbeeld aan de Vestaalse maagden of de rooms-katholieke nonnen. De persoon die zich houdt aan deze vorm van kuisheid, doet dat vanuit de overtuiging dat men zich op deze manier beter kan wijden aan de relatie tot het hogere. Men wil namelijk niet afgeleid worden door de seksualiteit bij de verhouding tot het hogere. De kuisheid staat wat dat betreft niet op zichzelf. Vaak uit de toewijding zich ook in een gelofte van armoede, van zwijgen, etc. Het wereldse wordt tot een minimum teruggebracht zodat het bovennatuurlijke daardoor zo goed mogelijk gediend wordt.
Natuurlijk kan deze vorm van kuisheid slechts gezond zijn, als de functie ervan wordt begrepen en onderschreven. Men kan zich bijvoorbeeld voorstellen dat indien iemand gedwongen werd het klooster in te gaan, de kuisheid in het geheel niet of slechts in neurotische vorm werd nagestreefd. Men doet het tegenwoordig echter vaak voorkomen alsof in de Westerse traditie, de toewijdingsvorm steeds een hypocriete wellust of zelfs 'perversies' verborg. Deze misvatting werkt bijvoorbeeld door in interviews met (jonge) zusters die men gedurende meer dan de helft van het vraaggesprek steeds weer aan de tand voelt over de kuisheid. Waarschijnlijk is dit een erfenis van de Victoriaanse preutsheid, die ten onrechte de beeldvorming rond kuisheid in gezonde zin heeft bepaald.

b. De ascetische vorm
Onder de ascetische vorm versta ik hier de kuisheid die als onderdeel van de eigen verheffing, of pad tot bevrijding wordt beleefd. Als zodanig bestaat kuisheid binnen zeer veel mystieke bewegingen, zowel in het Oosten als in het Westen. De kuisheid in deze zin is bijvoorbeeld een officieel onderdeel van de yogaregels, hoewel men juist dit onderdeel in de westerse yogabeoefeningen vaak achterwege laat. Kuisheid wordt gezien als een loskomen van sterke lusten die de geest op het lichamelijke en het materiële gericht houden en die daarmee de bevrijding van de illusies daaromtrent belemmeren. Het past wat dat betreft in het geheel van lichamelijke en geestelijke (meditatie)oefeningen. Sri Yukteshwar zei hier eens over: 'Every natural passion can be mastered' (Men kan meester worden over elke natuurlijke hartstocht.)
Er zijn westerlingen die ascese in deze zin bij voorbaat beschouwen als ziekelijk en levensvijandig. Een bekende woordvoerder van deze opvatting was de Duitse filosoof Friedrich Nietzsche die zich in het algemeen afkerig toonde van kuisheid. Deze diagnose wordt echter niet gesteld vanuit de beleving van de asceten zelf, maar vanuit een wereldbeeld dat niet verenigbaar is met het ascetisme. Dit komt dan ook neer op het voor gek verklaren van mensen die niet hetzelfde wereldbeeld hebben als de persoon zelf.

c. De intuïtieve vorm
De intuïtieve vorm van kuisheid is de 'spontane' vorm, waarbij men vanuit een sterke innerlijke behoefte afstand doet van seksuele activiteit. [Toevoeging uit 2006: in bepaalde gevallen kan dit samenhangen met een vorm van aseksualiteit, maar daar is niet per se sprake van.] Die innerlijke behoefte is daarbij geen neurotische afwijking, zoals bij preutsheid het geval is. Het komt er echter op neer dat men de roes, de zelfbeleving en het genot dat met seks gepaard gaat, opvat [of innerlijk beleeft] als vervreemdend en in die zin negatief. Niet omdat men het zo 'vies' of 'eng' vindt, maar omdat het de persoon in kwestie [voor zijn of haar eigen gevoel] van zichzelf vervreemdt, vergelijkbaar met het effect van drugs. Waar de toewijdingsvorm gericht is op de relatie met het hogere en de ascetische vorm op de verheffing, is de intuïtieve vorm gericht op de kwaliteit van de basisrelatie met zichzelf.
Deze vorm is steeds dan gezond, wanneer de relatie met zichzelf die men zuiver wil houden, positief is en niet gebukt gaat onder schuldgevoelens. Het is echter alleen de persoon zelf die hier in laatste instantie een oordeel over kan vellen. Vaak gaat de intuïtieve vorm gepaard met de overtuiging dat men in zijn diepste wezen eigenlijk geen geslacht kent (3).
Ik noem deze vorm trouwens 'intuïtief' omdat het gevoel dat de persoon tot kuisheid brengt, vergelijkbaar is met een ethische of esthetische intuïtie, met andere woorden met een innerlijke norm.

Tolerantie
De tolerantie ten aanzien vaan kuisheid in gezonde zin is in deze maatschappij meer gewaarborgd dan in andere soorten maatschappijen. Dat ligt aan het sterk individualistische karakter van deze samenleving die het iedereen toestaat een eigen manier van leven te kiezen.
Toch is er nog geregeld sprake van minachting en medelijden wanneer men een kuis leven wil leiden. Ik vermoed dat hieraan de volgende factoren ten grondslag liggen:

- Afwijzing van preutsheid, waarbij men echter gezonde vormen van kuisheid als preuts brandmerkt.
- Psychologische vooroordelen. De belangrijkste hiervan is wel dat alle mensen 'seksuele wezens' zijn en dus een onontkoombare behoefte aan seksualiteit zouden hebben. Er is wat dat betreft sprake van twee vooroordelen. Ten eerste zouden mensen intrinsiek lichamelijke wezens zijn. Dit is een opvatting die in feite filosofisch van aard is, en ook heel gemakkelijk filosofisch bestreden kan worden. Ten tweede, en dat is nog belangrijker, zouden mensen beheerst worden door lichamelijke toestanden, met name door hormonale invloeden in de hersenen. Dit is een materialistische c.q. epifenomenalistische opvatting van de menselijke motivatie en doet geen recht aan de allesoverheersende invloed van iemands wereldbeeld en beleving op zijn lichaam. Men denke wat dit betreft alleen al aan het ontbreken van een menselijke paartijd, die direct samenhangt met de sturende rol van het denken in de menselijke seksualiteit.
- Hedonisme. Aangezien men religieuze en mystieke waarden vaak niet deelt, wordt kuisheid in de toewijdings- en ascetische vorm beschouwd als zelfverloochening en het mislopen van het enige levensdoel: (lichamelijk) genot. Kuisheid in intuïtieve zin is bij zo’n hedonistische waardenleer ook niets minder dan een dwaling (4). Opnieuw is hier sprake van een filosofisch stelsel dat zich intolerant opstelt tegenover andere stelsels.

Relaties
Kuisheid sluit helemaal geen platonische relaties met tederheid uit, maar alleen specifiek seksuele relaties waarbij de tederheid overvloeit in ondubbelzinnig seksuele handelingen.
Een bekend voorbeeld van een platonische relatie was die tussen Franciscus van Assisië en zijn vriendin Clara. Het is dus een misvatting dat kuisheid een eenzaam, of 'koud' leven zonder persoonlijke vriendschappen en tederheid met zich meebrengt. Dit kan eventueel wel gelden voor preutsheid, die vaak een angstvallig vermijden van contact met mogelijke 'verleiders' met zich meebrengt, en elke tederheid opvat als sensualiteit (5).
Sterker nog, kuisheid kan een verruiming van de tederheid betekenen, daar deze daarbij van de seksualiteit is losgeweekt en niet meer tot één seksuele partner beperkt kan worden, daar er niet langer zo’n partner is. In tegenstelling tot wat wat men vaak denkt, beweer ik dus dat kuisheid [toevoeging 2006: onder bepaalde omstandigheden] tot méér in plaats van minder tedere warmte kan leiden.
In deze context wil ik wijzen op een klacht die ik vaak van studenten uit zuidelijke landen heb gehoord, namelijk dat men name in noordelijke landen de tederheid zo exclusief reserveert voor seksuele relaties. Zo sterk dat een zuiderling die voor zijn of haar gevoel zuiver vriendschappelijke genegenheid toont door seksegenoten te kussen en te omhelzen of gearmd met hen te lopen, hier al zeer gauw wordt aangezien voor homoseksueel. Een illustratie nogmaals van de eenzijdige seksuering van de lichamelijke tederheid. [Toevoeging 2006: Natuurlijk bedoel ik hier niet mee dat kuisheid een voorwaarde voor een ruimere tederheid is.]

Opvoeding
Men kan zijn kinderen niet opvoeden tot kuisheid. Dat zal uiteindelijk een beslissing moeten zijn van de kinderen zelf.
Wèl kan men hun er op wijzen dat kuisheid in verschillende soorten een gezonde keuze kan zijn. Nu is het vaak zo dat relatievormen van allerlei aard (en masturbatie) (6) als enige gezonde uitingen van houdingen jegens seksualiteit worden voorgesteld. Vooral wat betreft de intuïtieve [toevoeging uit 2006 inclusief de aseksueel gemotiveerde] vorm van kuisheid zou het wenselijk zijn kinderen te confronteren met gezonde leefwijzen zonder seksualiteit. Bovendien is het nodig hun zoveel mogelijk tolerantie en acceptatie bij te brengen.

Noten
1. Van dit woord is afgeleid het 'Parthenon', de tempel van Pallas op de Acropolis te Athene.
2. Andere vormen van reinheid waar de term 'kuisheid' in het Nederlands naar verwijst (al naar gelang het specifieke taalgebied meer of minder triviaal) zijn hier dus niet aan de orde.
3. Zie bijvoorbeeld: Paramahansa Yogananda. Autobiography of a Yogi, p. 148-149.
4. Het is echter het vermelden waard dat de bekende hedonist Epicurus kuisheid als positief waardeerde, omdat volgens hem de seksuele driften vaak de oorzaak vormen van een verstoring van de zielenrust en het leven van mensen. Men kan, zo stelde hij, zich beter richten op de hogere, geestelijke genoegens.
5. Overigens is niet alle schijnbare preutsheid ook echt neurotisch. Ik bedoel dat schijn-preutsheid een voorbijgaande, functionele fase kan zijn in de overgang van seksuele activiteit naar gezonde kuisheid, bij wijze van angstige overschatting van een 'tegenstander' die men desondanks om volledig gezonde redenen afwijst.
6. Ik ben me er echter van bewust dat er wat dit betreft een enorme hypocrisie kan bestaan onder seksueel actieve mensen. Het eigen gedrag wordt dan als (vaak door Kerk, Freud of biologie voorgeschreven) norm opgevat, terwijl het daarvan afwijkende gedrag van anderen wordt gepathologiseerd en soms zelfs gecriminaliseerd. Zulke hypocrisie, welig tierend onder preutse sujetten, zou de ware kuise persoon zeker misstaan. Het motto zij wat dat betreft steeds: 'Wat gij niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.'

Ik wil Paul Reah bedanken voor zijn speurwerk over dit onderwerp.


Dit artikel werd gepubliceerd in Prana, december 1993/ januari 1994, 80, 23-26.

Er wordt in verwezen in latere artikelen, zoals Seksuele Intolerantie en Dualisme, Seksualiteit en Sekse.

Contact: T. Rivas