Titel

De psychologie van overledenen

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 15 August, 2009)

Samenvatting

Een verkenning van de psychologie van mensen die overleden zijn. In hoeverre zal ons psychologisch functioneren na ons overlijden (naar alle waarschijnlijkheid) verschillen van ons functioneren nu?


Tekst


De psychologie van overledenen

door Titus Rivas namens Stichting Athanasia

Er is zoveel parapsychologisch bewijsmateriaal voor een overleven na de dood, dat het zin heeft om ons af te vragen hoe dat overleven er psychologisch gezien uit zal zien. Zijn we na ons overlijden totaal anders dan tijdens het leven hier? Wat mogen we verwachten op dit punt?

Een voortbestaan zonder bewustzijn
De belangrijkste officiële reden waarom skeptici niet in een voortbestaan na de dood geloven, ligt natuurlijk in hun interpretatie van de invloed van hersenprocessen op de geest. Ze ontkennen namelijk meestal dat geestelijke processen zelf ook weer een impact hebben op het brein, met andere woorden dat er een wisselwerking bestaat tussen hersenen en psyche. De geest en het bewustzijn zouden volledig bepaald en beperkt worden door wat er neurologisch in ons hoofd gebeurt. Zonder een actief brein dus ook geen bewustzijn, zo luidt hun leus. Dit argument is al talloze malen gepareerd door aanhangers van de voortbestaanshypothese, maar daar gaat het hier even niet om.
Skeptici geven nog een tweede reden op voor hun scepsis over een hiernamaals. Zelfs als we de dood geestelijk zouden overleven, dan zou dat volgens hen alleen op een erg basale manier kunnen gebeuren. Al onze psychologische processen, onze gedachten, gevoelens, herinneringen of verlangens zouden namelijk altijd gepaard moeten gaan met hersenprocessen. Dat wil zeggen dat we de dood alleen als een soort (geestelijke) zombies zouden kunnen overleven. Er valt heel weinig te beleven zonder brein, aldus deze skeptici, en dan kun je net zo goed helemaal vernietigd zijn.
Overigens voegen ze daar ook nog wel eens toe dat we zonder zintuigen hoogstens onze eigen gedachten, herinneringen of fantasieën kunnen ondergaan, en nooit meer contact kunnen maken met anderen of een werkelijkheid buiten ons. We zouden als het ware opgesloten zijn in onszelf. Maar deze negatieve visie op een voortbestaan gaat nog steeds uit van de gedachte dat onze geest helemaal afhankelijk is van ons brein en onze fysieke zintuigen. Al het bewijsmateriaal voor een leven na de dood laat nu juist zien dat die gedachte achterhaald is. Uit bijna-doodervaringen en herinneringen aan een spirituele preëxistentie blijkt dat mensen terwijl hun hersenen stil liggen of al vergaan zijn nog steeds kunnen nadenken en terug kunnen kijken op ervaringen uit het verleden. Bovendien zijn ze in staat om de fysieke werkelijkheid via helderziendheid waar te nemen, ontmoeten ze anderen in de spirituele wereld, en communiceren ze ook telepathisch met hen.

Een beperkt voortbestaan
Skeptici zijn niet de enigen die denken dat ons geestelijk leven na de dood op zijn minst heel sterk beperkt zou worden. Ook auteurs die overtuigd zijn van een voortbestaan kunnen hier van uitgaan. Ze kunnen bijvoorbeeld stellen dat we na onze dood al onze persoonlijke herinneringen kwijt raken. We zouden als het ware opgaan in een bovenpersoonlijke 'alziel' of godheid en onze identiteit verliezen. We zijn er dan nog wel na de dood, maar niet meer als individuele geesten. Overigens bestaat er volgens ons ook voor deze theorie geen overtuigend bewijsmateriaal. Aanwijzingen voor een voortbestaan draaien juist bijna altijd om specifieke herinneringen waarmee een overledene aantoont dat hij of zij echt op aarde heeft rondgelopen.
Ook de originele auteur Peter Novak stelt dat we na de dood doorgaans niet op dezelfde manier geestelijk zullen doorleven zoals we hier op aarde gewend zijn. Hij gelooft dat onze psyche na ons overlijden gesplitst zal worden in twee delen, een ziel (soul) en een geest (spirit). Die zouden vervolgens ieder een eigen weg gaan. De ziel zou haar verstandelijke vermogens in het hiernamaals verliezen en vertoeven in een toestand van gedachteloze gelukzaligheid. Terwijl de geest in de meeste gevallen al zijn herinneringen kwijt is en alleen nog als zuiver bewustzijn doorgaat. Overigens beweert Novak dat alleen erg ver gevorderde geesten persoonlijke herinneringen aan een vorig leven weten vast te houden. Dit gaat in tegen parapsychologische gevallen van kinderen met levendige herinneringen aan een vroegere incarnatie waarin ze allesbehalve spiritueel functioneerden, bijvoorbeeld omdat ze verslaafd waren aan drugs of alcohol.
Er zijn dus wel theorieën dat we na de dood onze persoonlijkheid of geestelijke vermogens zullen verliezen, maar er zijn geen goede parapsychologische argumenten voor die theorieën. Bijna-doodervaringen en herinneringen aan een spirituele pre-existentie doen vermoeden dat we aan gene zijde mentaal gezien waarschijnlijk juist meer mogelijkheden zullen hebben in plaats van minder.

Perceptie en emotie zonder lichaam
Hoe zal onze waarneming zijn nadat we ons lichaam achter ons hebben gelaten? Volgens mensen met een bijna-doodervaring kunnen we nog steeds de fysieke omgeving zien en horen. Dit fenomeen lijkt nog het meeste op een vorm van helderziendheid en waarschijnlijk is het dat ook. Enkele geleerden, waaronder de Nederlandse parapsycholoog Paul Dietz, hebben er trouwens op gewezen dat onze normale waarneming een stuk 'paranormaler' is dan meestal wordt aangenomen. Weliswaar kunnen we veel van wat we zien, horen, ruiken, e.d. verklaren aan de hand van de informatieverwerking in onze hersenen, maar toch niet de subjectieve kwaliteit ervan zelf. Er zijn in het brein geen plaatjes, geluiden of geuren aan te treffen. Die bestaan alleen in ons bewustzijn. Bij het omzetten van de neurologische patronen in bewuste ervaringen gebeurt er dus iets dat lijkt op een speciaal geval van helderziendheid. Het interessante aan deze theorie is (in dit verband) dat helderziendheid een primairdere vorm van waarneming is dan de perceptie via onze lichamelijke zintuigen en ons sensorische zenuwstelsel. Met andere woorden, als ons lichaam wegvalt ligt het voor de hand dat we weer terugvallen op onze 'paranormale' waarneming.
Wil dit nu zeggen dat de waarneming aan gene zijde in niets verschilt van de normale perceptie? Nee, want bij bijna-doodervaringen, maar bijvoorbeeld ook uittredingen wordt vaak melding gemaakt van bijvoorbeeld specifieke kleuren en geluiden die we op aarde niet kennen. Ook is er soms sprake van een soort panoramische waarneming met een gezichtsveld van 360 graden of van een vermenging van zintuiglijke modaliteiten (een soort synesthesie).
Iets dergelijks geldt ook voor ons gevoelsleven na de dood. Er worden dezelfde gevoelsdimensies genoemd als tijdens onze geïncarneerde toestand op aarde, alleen komen ook vormen voor die hier als zodanig praktisch onbekend zijn, zoals een overweldigend gevoel van onvoorwaardelijke liefde. Sterke emoties, gevoelens of stemmingen zijn na de dood niet afhankelijk van een werkend zenuwstelsel.

Gedachten, herinneringen en beweging
Mensen met een bijna-doodervaring hebben het er regelmatig over dat ze terwijl hun hersenactiviteit was uitgevallen helderder konden denken dan daarvoor. Iets dergelijks zie je ook bij gevallen van demente bejaarden die vlak voor hun dood opeens weer helder worden, alsof hun geest zich al aan het losmaken is van hun brein.
Ook worden herinneringen tijdens een BDE gemakkelijker toegankelijk dan normaal. Bij een zogeheten panoramische terugblik lijkt het er zelfs op dat men alle momenten van het aardse bestaan letterlijk herbeleeft. Tijdens bijna-doodervaringen kunnen ook oude herinneringen aan vorige incarnaties terugkomen die men tijdens het huidige leven op bewust niveau allang kwijt was. Het lijkt gemakkelijker om op zoek te gaan naar kennis in het hiernamaals. BDE-ers zeggen bijvoorbeeld dat ze zich maar iets hoefde af te vragen of ze kregen al een bevredigend antwoord. Paragnosie in de vorm van 'helderweten', 'helderziendheid', 'helderhorendheid', etc. speelt in het algemeen een veel actievere rol dan tijdens het leven op aarde.
Wat betreft motoriek ligt het voor de hand dat we omdat geen fysiek lichaam meer hebben ons ook niet meer via een motorisch zenuwstelsel (voort)bewegen. In plaats daarvan lijken afstanden onmiddellijk overbrugd te kunnen worden door het alleen maar te wensen.
Wel kunnen we een vorm aannemen die sterk lijkt op onze aardse vorm en daarbij ook handelingen verrichten die lijken op fysieke handelingen. Alleen zijn onze mogelijkheden ook wat dit betreft 'magischer' en groter. We kunnen bijvoorbeeld voorwerpen creëren of bewegen door daar alleen maar aan te denken. In het algemeen is er waarschijnlijk een veel directer verband tussen ons innerlijk en onze omgeving. Het is te verwachten dat dit ook gunstig uitwerkt voor iemands creativiteit.

Communicatie en relaties
Net als op aarde kunnen we in het hiernamaals relaties onderhouden met anderen, zowel met andere geesten zonder stoffelijk lichaam als met levenden op aarde. Waarschijnlijk speelt telepathie hier een hoofdrol in. We kunnen elkaar toegang geven tot onze gevoelens en gedachten en zo tot een nog groter begrip van elkaar komen. Je kunt je voorstellen dat dit leidt tot nog eerlijkere en in het beste geval ook diepere relaties dan hier.
Bij bijna-doodervaringen zie je zo ook regelmatig dat iemand tijdens zijn terugblik op het aardse leven niet alleen terugziet wat hij zelf gedaan heeft, maar ook ervaart wat dat voor gevolgen heeft gehad voor de gevoelens van anderen.
Door de indrukwekkende gevoelens van liefde waar zoveel BDE-ers en kinderen met herinneringen aan een hiervoormaals het over hebben zullen de relaties over het algemeen ook beter worden. Aan gene zijde zullen we minstens zo veel kunnen delen als op aarde, omdat onze mogelijkheden tot waarneming, herinnering en creativiteit vergroot zullen zijn. We zullen meer begrijpen, eerder mededogen kunnen voelen en eerder geneigd zijn tot vergeving.

Psychologische ontwikkeling na de dood
Bepaalde skeptische auteurs stellen dat het maar goed ook is dat er (in hun optiek) waarschijnlijk geen hiernamaals is. We zouden ons er volgens hen namelijk na verloop van tijd stierlijk vervelen. Dit is een bijzonder fantasieloze gedachte. Om te beginnen zijn onze ervaringsmogelijkheden aan gene zijde al veel groter dan hier op aarde. Het is er dus hoe dan ook minder 'saai' dan hier in deze wereld.
Bovendien is er geen enkele reden om aan te nemen dat onze psychologische ontwikkeling opeens ophoudt zodra we overleden zijn. Sterker nog, in de meeste gevallen zal men meer inzicht krijgen en gemotiveerd zijn om zich steeds verder te ontwikkelen en daarbij ook nog wat bij te dragen aan het welzijn en de ontwikkeling van anderen.
Het zou kunnen dat het in veel gevallen nodig is om tot men een bepaald niveau heeft bereikt terug te keren naar de aarde in de vorm van reïncarnatie. Ook al zijn de mogelijkheden aan gene zijde groter dan hier, in deze wereld kun je door het feit dat je geïncarneerd bent bepaalde dingen misschien eerder leren dan in het hiernamaals. Pas als je de vrijheid van de spirituele wereld kunt hanteren ben je er echt aan toe om daar verder te gaan.

Psychologische klachten
Mensen op aarde kunnen in de war raken en lijden onder psychische klachten zoals dwanggedachten, paniekaanvallen en fobieën. Er zijn sterke aanwijzingen dat dit ook geldt voor overledenen. Zuiver het feit dat je gestorven bent wil nog niet zeggen dat je opeens alle psychologische problemen hebt opgelost.
We zien dit bijvoorbeeld bij geesten die blijven 'hangen' in het huis waarin ze vermoord zijn. Of aan kinderen met nachtmerries over de wijze waarop ze om het leven kwamen.

We zijn allemaal overledenen
In het algemeen zijn er zoveel parallellen tussen de psychologie van levende mensen en de psychologie van overledenen dat we mogen spreken van een psychologisch continuüm. Dit is ook niet zo verwonderlijk, want uitgaande van persoonlijke reïncarnatie zijn we allemaal overledenen, d.w.z. mensen die overleden zijn en die zijn teruggekeerd in een nieuw lichaam. We mogen er daarom van uitgaan dat we in onze persoonlijke evolutie gewoon verder gaan waar we gebleven waren, ook al zullen we ons daar tijdens onze incarnatie in veel gevallen niet van bewust zijn. We zijn dezelfde zielen van vroeger en blijven altijd te maken hebben met hetzelfde soort psychologische wetmatigheden, ook al kan de concrete uitingsvorm daarvan verschillen.

Literatuur


Contact: titusrivas@hotmail.com Dit artikel werd gepubliceerd in Paraview, 13, 1, februari 2009, blz. 18-20.