Titel

Tussen orenmaffia en somatisch reductionisme

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 9 May, 2011)

Samenvatting

Actueel debat over de rol van psychische factoren bij ziekten zoals kanker, genezing en gezondheid.


Tekst

html { width:100%; }
Tussen orenmaffia en somatisch reductionisme

Ben je beter geworden door positief denken of door goede artsen? De discussie hierover woedt al jaren en het tv-programma Eén Vandaag gooide onlangs olie op het vuur. Een doorkijkje van een onderzoeker.

door Titus Rivas

In augustus dit jaar keek ik naar een uitzending van Een Vandaag, 'De terreur van het positief denken', over mogelijke psychische factoren bij kanker. De algemene teneur was, zoals de titel al aangeeft, overwegend sceptisch. Er zou wel een verband kunnen bestaan tussen depressiviteit en een lagere kans op herstel van kanker. Maar geen relatie tussen positief denken en genezing of kankervrij blijven.
Een van de vertolkers van die opvatting was de zwemkampioen Maarten van der Weijden. Hij won in 2008 onder andere Olympisch goud op de tien kilometer open-water zwemmen in Beijing. Dat gebeurde nadat hij hersteld was van acute lymfatische leukemie. Van der Weijden verzet zich echter fel tegen de overtuiging dat hij zijn ziekte geestelijk overwonnen zou hebben. Hij beschouwt zijn herstel volledig als het gevolg van de medische behandeling. Het heeft volgens hem niets te maken met een positieve instelling en alles met mazzel. Lotgenoten die kanker niet overleven, hebben dat niet aan hun eigen houding te danken, maar ze hebben gewoon pech gehad. Ze hebben niet te weinig hun best gedaan of zoiets.
Ook de journaliste Sanne Bloemink verzette zich tegen doorgeschoten positivisme rond ziekte en gezondheid. Ze verwees daarbij naar een groep wetenschappers die zich de 'Negateers' noemt. Deze groep blijkt tegenwicht te bieden aan een harde kapitalistische Amerikaanse cultuur waarin letterlijk alles mogelijk zou zijn als je er maar in gelooft. Dit geldt bijvoorbeeld voor sociale positie en inkomen, maar dus ook voor gezondheid. Elk individu zou volgens de doorgeslagen positiviteitscultus zijn hele leven zelf richting kunnen geven. Als dat niet goed lukt, is het echt je eigen schuld. Op spiritueel vlak lijkt deze harde, meedogenloze mentaliteit bijvoorbeeld versterkt door hypes als die van The Secret. Een spreekbuis daarvan, Bob Proctor, stelt simpelweg dat indien mensen niet kunnen geloven dat je kanker geestelijk kan genezen, dat echt een kwestie van (onverstandig) ongeloof is. Het komt kennelijk niet in hem op dat harde bewijzen daarvoor wellicht wonderen zouden kunnen doen.
Overigens biedt het programma ook enige ruimte aan het geluid van artsen zoals Irma Verdonck die de rol van psychologische factoren bij kankerpatiënten serieus willen nemen. Maar de nadruk ligt toch echt op de boodschap van hun critici.

Karin Spaink
De derde criticaster in de uitzending was niemand minder dan de bekende publiciste Karin Spaink. Zij is een MS-patiënte die enkele jaren geleden ook nog borstkanker heeft overleefd. Net als Van der Weijden schrijft ze het feit dat ze al jaren goed genoeg functioneert om op niveau maatschappelijk actief te blijven niet toe aan haar positief denken. Sterker nog, Spaink staat in sceptische kringen bekend om haar kritische houding tegenover het leggen van eenduidige verbanden tussen psychologie en gezondheid. Wanneer met name alternatieve genezers zich daar volgens haar schuldig aan maken, spreekt ze van een heuse orenmaffia. De term verwijst naar de gedachte dat ziekte en gezondheid altijd 'tussen de oren' zitten. Met andere woorden: dat ze een geestelijke oorsprong hebben en iets blootleggen over iemands psyche. De eigenlijke oplossing voor lichamelijke klachten zou volgens de orenmaffiosi dus altijd psychologisch zijn. Ziekte zegt alles over de persoonlijkheid en psychologische problemen van de zieke. Maffia geeft uiteraard aan dat Spaink zelf dit een zeer kwalijke of zelfs criminele veronderstelling vindt. Sinds de publicatie van haar boek Het strafbare lichaam, is de term orenmaffia een begrip geworden in de strijd tegen 'zweverige' alternatieve geneeswijzen.
Wat je verder ook van Spaink mag vinden - bijvoorbeeld dat ze een beetje al te 'nuchter' is - ze heeft zeker ernstige misvattingen blootgelegd. In haar boek voert ze invloedrijke auteurs als Thorward Dethlefsen, Joseph Murphy, James Redfield en Louise Hay ten tonele die allemaal de kerngedachten van haar orenmaffia blijken te delen. Ze geeft overigens toe dat de auteurs verder niet allemaal exact hetzelfde uitdragen. Wat ik zelf nog het meest bizar vind, is dat sommige van de kopstukken echt geloven dat er bij elk lichamelijk ziektebeeld een vaste psychische oorsprong hoort. Zo stelt Louise Hay dat astma voortkomt uit verstikte liefde of 'zich emotioneel verstikt voelen'. Volgens Dethlefsen proberen mensen met een infectie elk conflict uit de weg te gaan. Multiple sclerose zou volgens Shealy en Myss duiden op hardheid en onbuigzaamheid. Hartpatiënten zouden mensen zijn die slechts naar hun hoofd luisteren en hun gevoelens te kort doen. In zijn simplisme doet dit nog het meest denken aan de klassieke psychoanalyse. Ook daarbij worden symptomen vaak eenduidig geïnterpreteerd aan de hand van een beperkt aantal problemen of complexen. Wanneer de patiënt zich tegen een diagnose verzet, wordt dat ook in dit geval alleen maar als een 'bewijs' voor de juistheid ervan beschouwd.
Karin Spaink erkent in haar boek Het strafbare lichaam expliciet dat ziekte het gevolg is van veel verschillende factoren. Daartoe rekent ze naast de fysieke ziekteverwekkers zoals virussen en bacterieën, bijvoorbeeld ook sociale en culturele oorzaken, en zowaar ook psychische factoren zoals stress en het placebo-effect. Ze hangt zelf dus uitdrukkelijk geen eenduidig reductionistische visie op gezondheid en ziekte aan, en is in dat opzicht, ondanks haar overwegende scepsis, tamelijk genuanceerd te noemen.
Echte reductionisten benadrukken dat alles in de realiteit materieel is en uitsluitend geregeerd wordt door natuurkundige en chemische processen. Het bewustzijn bestaat slechts als abstractie van neurologische processen en brengt zelf per saldo dus niets teweeg in het lichaam.
Reductionisten zoeken daarom vanzelfsprekend ook altijd alleen naar fysieke oorzaken voor ziektebeelden. Als een bepaalde ziekte echt volledig (of primair) ontstaat door ziekteverwekkers als virussen levert die aanpak in de praktijk goede resultaten. Zo zou er onlangs een virus ontdekt zijn dat verantwoordelijk is voor varianten van het Chronische Vermoeidheidssyndroom of ME. Het is natuurlijk alleen maar goed als zulke ziekten geïdentificeerd en genezen kunnen worden, ook al gebeurt dit binnen een reductionistisch kader.

Kwalijk reductionisme
Het materialistisch reductionisme gaat echter in mijn visie veel te ver als het alle niet-fysieke factoren bij voorbaat uitsluit of bagatelliseert. Dit gebeurt trouwens zelfs in de psychiatrie waarbij volgens mij bijna alle aandoedingen een duidelijke psychologische component hebben en veel ziektebeelden primair psychogeen zijn. Maar ook in de somatische geneeskunde is reductionisme gevaarlijk, zowel wat betreft het traceren van de bron van een ziekte als wat betreft de behandeling ervan. Van sommige ziekten ligt het voor de hand dat ze op de eerste plaats een fysieke oorsprong hebben. Spaink wijst er terecht op dat dit bijna algemeen wordt aangenomen voor dingen die we tegenwoordig (meestal) gemakkelijk de baas kunnen, zoals griep en verkoudheid. Voor andere ziektebeelden is echter inmiddels al duidelijk gemaakt door onder meer de zogeheten psychoneuroimmunologie dat psychische factoren er een grote rol in kunnen spelen. Psychische toestanden en emoties zoals geluk, angsten, zorgen of depressie versterken of verzwakken via het zenuwstelsel het immuunsysteem. Zodat iemand meer of juist minder vatbaar wordt voor bepaalde ziekten. Ook kan bijvoorbeeld langdurige stress er waarschijnlijk toe leiden dat iemand bijvoorbeeld eerder een hartaanval of beroerte krijgt. Een arts die realistisch wil zijn en zijn of haar patiënten optimaal wil dienen, hoort psychosomatische factoren dus voldoende mee te nemen in zijn diagnose en behandeling.
Dan heb ik het nog niet eens gehad over specifiek parapsychologische factoren. Hoewel het niet zo gemakkelijk werkt als de orenmaffia ons wil doen geloven, hebben innerlijke voorstellingen wel degelijk een aanzienlijk, specifiek effect op het eigen lichaam. Het is bijvoorbeeld mogelijk om bij goed hypnotiseerbare personen op een bepaalde plek blaren te laten verschijnen zuiver door hypnotische suggesties. Of door andere suggesties wratten te laten verdwijnen.
Onderzoek naar reïncarnatie (een concept dat zowel door reductionisten als Spaink bij voorbaat wordt afgewezen) geeft aan dat traumatische indrukken zelfs in een volgend leven het lichaam kunnen beïnvloeden in de vorm van moedervlekken en geboorteafwijkingen.

Medisch holisme
In feite verkondigt zowel de orenmaffia als het sceptische kamp een vorm van reductionisme. Materialistische reductionisten herleiden alles tot de fysieke werkelijkheid. De zendelingen van de orenmaffia herleiden juist alles tot de wereld van de bewuste en vooral ook onbewuste geest. Beide stromingen laten de rest van de werkelijkheid buiten beschouwing. In mijn optiek en dat van veel anderen zijn we geestelijke wezens met een fysiek lichaam. Onze geest staat voortdurend in wisselwerking met ons lichaam. Daarbij worden we zoals Spaink aangeeft bovendien beïnvloed door zaken als relaties met andere mensen en de cultuur waarin we leven. Dit geldt ook voor ziekte en gezondheid. Rekening houden met al die factoren staat wel bekend als medisch holisme.
Het wereldbeeld van de orenmaffia impliceert dat er geen fysieke wereld bestaat met eigen wetmatigheden waarmee we als geesten in wisselwerking staan. Dat is in feite bijna net zo kwalijk als wanneer men stelt dat de psyche er niet toe doet. Ik heb zelf in het verleden te maken gehad met een doorgeschoten positivisme van een vriendin toen ik problemen had met instanties. Net als de orenmaffia stelde zij vanuit een eenzijdige spirituele kijk (verwant aan The Secret) dat alles wat op mijn pad kwam volledig mijn eigen creatie was. Ik moest domweg zelf veranderen en dan zou elke vorm van negativiteit vanzelf verdwijnen. Wat na enige tijd verdween was echter de vriendschap met de vrouw in kwestie... Daar staat tegenover dat men de kracht van de geest ook weer niet moet onderschatten. Terechte kritiek als die van Karin Spaink mag voortschrijdend inzicht in de zeer reële invloed van de psyche niet belemmeren.

Meer lezen:
- Bloemink, S. (2009). Ziekte is geen geschenk. Groene Amsterdammer.
- Ehrenreich, B. (2010). Smile or die. Granta Books.
- Rivas, T. (1999). .Intrasomatische parergie: theoretische beschouwingen. Spiegel der Parapsychologie, 37, 1, 25-35.
- Spaink, K. (2007). Het strafbare lichaam: De orenmaffia, kwakdenken en het placebo-effect. Singel Pocket.
- Stevenson, I. (1997). Reincarnation and biology. Westport/London: Praeger.
- Verdonck-de Leeuw, I, en Honig, A. (2010). De geest beïnvloedt kanker, maar hoe dan? De Volkskrant, 20 juli 2010.
- Weijden, M. van (2009). Beter. Ambo.

Dit artikel werd in 2011 gepubliceerd in een tijdschrift en in 2013 op txtxs.nl gezet.

Contact: titusrivas@hotmail.com