Titel

Waar komen we vandaan? Over een geestelijk voorbestaan

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 22 May, 2011)

Samenvatting

Preëxistentie in religieus, filosofisch en parapsychologisch perspectief.


Tekst


Waar komen we vandaan? Over een geestelijk voorbestaan


Volgens het materialisme zijn we niet meer dan biologische organismen met een denkend brein. Er is binnen dat perspectief zeker geen voortbestaan na de lichamelijke dood. Sterker nog: het lichaam kan de geest overleven, denk maar aan 'vegeterende' coma-patiënten.

door Titus Rivas Spirituele stromingen gaan hier in diverse opzichten tegenin. Ze wijzen bijvoorbeeld op een bovenaardse werkelijkheid waar we vandaan kwamen voordat we ons huidige lichaam toegewezen kregen. Verrassend genoeg wordt er de laatste jaren steeds meer bewijsmateriaal verzameld voor een geestelijke preëxistentie oftewel voor-bestaan.
Preëxistentie in monotheïstische godsdiensten
Volgens de meeste christenen zal de persoonlijke ziel er na de fysieke dood nog steeds zijn. Maar dat wil niet zeggen dat die er altijd al was. God laat bij elke nieuwe conceptie ook een nieuwe ziel ontstaan. Of dat nu helemaal 'uit het niets' is of op basis van de zielen van de ouders.
Uiteraard is er een verband met de gedachte dat we slechts één aards leven krijgen om ons lot in het hiernamaals te bepalen. Maar het hangt tevens samen met de overtuiging dat het huidige lichaam zal verrijzen op de Dag des Oordeels. Zo'n verrijzenis zou erg ingewikkeld worden als je daaraan voorafgaand duizenden lichamelijke levens doormaakt...
In een vroege fase van het christendom werd het concept van een voor-bestaan wel degelijk aangehangen. Met name door de 3e-eeuwse kerkvader Origenes, die bovendien in reïncarnatie geloofde. Deze opvatingen werden later door de Kerk verworpen, omdat ze botsten met centrale christelijke leerstellingen.
Betekent dit nu ook dat alle hedendaagse christenen een geestelijke preëxistentie afwijzen? Nee, het speelt nog steeds een rol in esoterische en onorthodoxe vormen van christendom. De mormonen stellen bijvoorbeeld dat menselijke geesten net zo eeuwig zijn als God zelf en daarom altijd al hebben bestaan.
Volgens bepaalde joodse schriftgeleerden zijn alle zielen reeds aan het begin van de schepping gecreëerd. Alleen moeten ze soms erg lang wachten totdat er een lichaam beschikbaar is waarin ze kunnen leven. Ook de soefi-mystiek gaat er vanuit dat de menselijke ziel altijd al bestond en diverse stadia moet doorlopen.

Preëxistentie als filosofisch concept
De ideeën van kerkvader Origenes waren sterk beïnvloed door het neo-platonisme en dat gold ook voor zijn opvatting rond een voorbestaan van de ziel. Plato ging er zelf reeds vanuit en gebruikte het concept mede om te verklaren hoe we tot kennis kunnen komen. Voordat we als mens geboren werden, hadden we volgens Plato contact met een onstoffelijke ideeënwereld. Alle ware kennis berust op een herinnering aan wat we daar 'geschouwd' hebben. Ook andere Griekse filosofen, zoals Pythagoras, geloofden in spirituele preëxistentie.
Binnen de oosterse filosofie is het concept zelfs nog gangbaarder. Het komt zowel voor bij verschillende hindoeïstische richtingen als binnen het boeddhisme. Mede hierdoor is het uiteindelijk ook weer geïncorporeerd door Westerse stromingen als de theosofie en antroposofie.
Overigens komt preëxistentie als concept zo vaak voor in combinatie met reïncarnatie dat je zou kunnen denken dat ze inherent bij elkaar horen. Maar dat is niet terecht. Er zijn stromingen die wel uitgaan van een spiritueel voorbestaan, maar niet van een fysieke wedergeboorte. Ook geloven bijvoorbeeld de Druzen van Libanon dat de ziel direct na de dood reïncarneert. In hun optiek is er dus geen spiritueel bestaan voorafgaand aan een nieuw leven.
In de letterlijke zin impliceert reïncarnatie natuurlijk wel een voor-bestaan, namelijk in de vorm van een vorige incarnatie. Maar met preëxistentie bedoelt men meestal een bestaan zonder aards lichaam.

Herinneringen aan een preëxistentie
Vooral jonge kinderen kunnen levendige herinneringsbeelden hebben die verwijzen naar een tijd voor de geboorte. Onderzoekers als Ian Stevenson en Jim Tucker hebben aangetoond dat de verhalen van zulke kinderen vaak geverifieerd kunnen worden. Het gaat dan om uitgebreide herinneringen aan een leven als iemand die al voor hun geboorte overleed. Soms beginnen de kinderen ook over een bestaan in een spirituele dimensie. Zo had Christina (pseudoniem) uit Malden herinneringen aan een leven waarin ze als kind omkwam bij een brand. Ze wist nog dat ze na haar dood een vrouwelijk wezen in het wit zag. Deze vertelde haar dat ze overleden was en liet haar verschillende vrouwen zien waar ze een nieuwe moeder uit moest kiezen. Christina koos voor een jonge vrouw met blond haar die aan het werk was als typiste. Het wezen vertelde haar dat ze in dat geval nog wel enige tijd moest wachten voordat ze wedergeboren kon worden.
In sommige gevallen komen de herinneringen op een niet-triviale manier overeen met aardse feiten. Christina had bijvoorbeeld een blonde typiste gezien. Haar toekomstige moeder werkte ten tijde van de brand werkelijk als typiste en blondeerde destijds haar haar. Toen Christina dit tegen haar moeder vertelde was ze pas drie jaar oud. Haar moeder sluit daarom uit dat ze het meisje dit soort details zelf verteld had.
Lang niet alle beelden van een voorbestaan gaan overigens gepaard met herinneringen aan een vorig aards leven. Joseph Murphy uit Texas doet bijvoorbeeld uitvoerig verslag van preëxistentie-herinneringen zonder te refereren aan reïncarnatie. Door zijn christelijke achtergrond weet hij niet eens wat hij van wedergeboorte moet denken! Ook dergelijke herinneringen 'kloppen' vlaak met feiten die de betrokkene normaal niet had kunnen weten.
Herinneringen aan een preëxistentie kunnen zich spontaan tijdens een waakbewustzijn voordoen maar ook in een droom. Ze lijken bovendien te kunnen worden opgewekt door middel van regressie-technieken zoals hypnose. Dit is onder andere onderzocht door Helen Wambach en Michael Newton.

Thema's
Sommige onderwerpen komen steeds weer terug in de beschrijvingen van herinneringen aan een spiritueel voorbestaan. Bijvoorbeeld een wonderlijke, onaardse omgeving met 'hemelse' kenmerken. Contact met geestelijke wezens die zich gedragen als een soort engelen of gidsen. Communicatie die meestal via een soort telepathie verloopt. Een cruciaal moment waarop men een keuze moet maken voor een bepaald leven.
In meerdere gevallen krijgt de persoon de vraag voorgelegd of hij wel echt geboren wil worden in een bepaald gezin. Daarbij kan ook sprake zijn van een vooruitblik van de manier waarop het leven zich waarschijnlijk zal ontwikkelen. Een variatie hierop is dat de betrokkene gerustgesteld wordt als hij eigenlijk niet naar de aarde wil gaan. Hij wordt er dan van doordrongen wat voor een zin het komende leven zal hebben. Verschillende bronnen hebben het erover dat de 'engelen' beloven de persoon bij te staan op zijn aardse reis. Zoals gezegd kunnen verifieerbare beelden van de aardse werkelijkheid ook een rol spelen.
De vaste thema's van preëxistentie-ervaringen doen sterk denken aan bekende elementen van bijna-doodervaringen. Dit doet vermoeden dat het werkelijk gaat om indrukken van dezelfde werkelijkheid. In sommige casussen van reïncarnatie-herinneringen zie je de verwantschap extra duidelijk. Een kind herinnert zich dan bijvoorbeeld dat het na de dood uit zijn lichaam trad. Vervolgens nam hij of zij van buitenaf waar hoe het lichaam met een ambulance naar het ziekenhuis werd gebracht. Na zijn dood woonde de persoon in kwestie als geest zijn eigen begrafenis of crematie bij, alvorens in een andere dimensie te belanden.

Literatuur
- Gerding, H., & Put, J. van der (2001). Rondom geboorte en dood. Prana, 127, 28-44.
- Gerding, H., & Put, J. van der (2002). Een ziel kondigt zich aan. Prana, 129, 5-10.
- Hallett, E. (2002). Stories of the Unborn Soul: The Mystery and Delight of Pre-Birth Communication. Writers Club Press.
- Harrison, P., & Harrison, M. (1991). The Children that Time Forgot. Emsworth: Mason Publications.
- Hinze, S. (1997). Coming from the Light. Pocket Books.
- Klink, J. (1994). Vroeger toen ik groot was: vérgaande herinneringen van kinderen. Baarn: Ten Have.
- Newton, M. (1996). Journey of Souls. St. Paul: Llewellyn Publications.
- Rawat, K.S., & Rivas, T. (2005). The Life Beyond: Through the eyes of Children who Claim to Remember Previous Lives. The Journal of Religion and Psychical Research, 28, 3, 126-136.
- Rivas, T. (2001). Heel wat meer dan niets: herinneringen aan een 'tussenperiode'. Prana, 127, 89-93.
- Stevenson, I. (1987). Children who Remember Previous Lives. Charlottesville: University press of Virginia.
- Sylvia Lucia. (2004). Heimwee naar de pinkstertuin. Groningen: Gopher Publishers.
- Tucker, J.B. (2006). Mamma, vroeger was ik... Utrecht: Bruna.
- Wambach, H. (1991). De mens heeft vele levens. Deventer: Ankh-Hermes.


Dit artikel werd gepubliceerd in een tijdschrift en later op txtxs.nl gezet.

Contact: titusrivas@hotmail.com