Titel

Boekbespreking van Animal Rights Without Liberation (Cochrane)

Geplaatst door

Titus Rivas   (publicatiedatum: 12 June, 2015)

Samenvatting

Recensie door Titus Rivas van het boek 'Animal Rights Without Liberation: Applied Ethics and Human Obligations' van Alasdair Cochrane.


Tekst


Boekbespreking
Auteur: Alasdair Cochrane
Titel: Animal Rights Without Liberation: Applied Ethics and Human Obligations.
Uitgever: Columbia University Press, New York, 2012.
ISBN: 978-0-231-15827-5.


Alasdair Cochrane is een ethicus en politiek denker, verbonden aan de Universiteit van Sheffield. Een van zijn belangrijkste specialismen is de dierethiek. Zijn voornaamste uitgangspunt is dat dieren met subjectieve ervaringen zoals pijn en genot niet onnodig blootgesteld mogen worden aan lijden. Dingen die je moreel gezien bijvoorbeeld nooit met baby's of peuters mag doen, zijn ook immoreel wanneer het om dieren gaat. Dit betekent dat je dieren bijvoorbeeld niet mag laten lijden onder gruwelijke spektakels zoals stierengevechten. Maar ook dat je dieren niet mag doden voor hun vlees zolang er volwaardige alternatieven beschikbaar zijn.

Geen utilitarist
Cochrane distantieert zich expliciet van de utilaristische traditie van Peter Singer. Volgens het utilitarisme gaat het in de ethiek altijd om het maximaliseren van 'nut' oftewel welzijn.Terecht stelt Cochrane dat welzijn nooit los gezien kan worden van een individueel wezen bij wie dat welzijn hoort. Individuele wezens hebben het belang om niet te lijden en niet gedood te worden.

Toch betekent dit niet dat Cochrane een typische aanhanger is van de dierenrechtentraditie zoals we die kennen van denkers als Tom Regan of Gary Francione. In een specifiek opzicht slaat hij onmiskenbaar een andere weg in. De auteur maakt een essentieel onderscheid tussen de belangen van mensen en de belangen van de meeste andere dieren. Mensen zonder mentale handicap zijn (vanaf een bepaalde leeftijd) volgens Cochrane 'autonome personen' die zoveel mogelijk willen bepalen hoe ze hun leven inrichten. Ze zijn gebaat bij een zo groot mogelijke vrijheid.

Belangen in plaats van vrijheid
Dit geldt in zijn optiek niet voor leden van de meeste diersoorten. Net als bijvoorbeeld menselijke zuigelingen zijn de meeste dieren te weinig in staat tot reflectie op hun eigen leven. Ze zouden daardoor zelfs geen benul kunnen hebben van wat het betekent om autonoom te zijn, en daarom ook geen waarde kunnen hechten aan vrijheid. Natuurlijk hebben zulke dieren wel allerlei voorkeuren, en daardoor voelen ze zich gehinderd wanneer bepaalde zaken onbereikbaar blijken. Maar dit betreft volgens Cochrane een ander soort vrijheid dan de zelfbeschikking die mensen op prijs stellen. Dit standpunt staat centraal in het hele boek. De auteur wil weliswaar dat de rechten van dieren erkend en geïmplementeerd worden, maar alleen mensen en leden van een klein aantal andere diersoorten met een hoogontwikkeld zelfbewustzijn hebben recht op autonomie.
Deze positie maakt Cochrane uniek binnen de dierethiek. Het verschil met bijvoorbeeld Francione volgt direct uit genoemde overtuiging dat de (meeste) dieren geen recht op vrijheid hebben.In het algemeen volgen rechten direct uit de belangen die een wezen heeft.Van hieruit heeft Cochrane geen bezwaren tegen dieproeven of het fokken van huisdieren, zolang men die dieren geen leed berokkent en ook niet onnodig afmaakt. Indien een bepaalde praktijk moreel niet door de beugel kan, dan heeft dit niets te maken met de onvrijheid van de dieren in kwestie, maar altijd met een aantasting van hun welzijn. Aangezien dieren geen intrinsieke, 'menselijke' behoefte aan vrijheid hebben, kun je ze op dit punt ook niet schaden. (Online toevoeging: In Nederland kennen we een invloedrijk tegenstander van deze gedachte, namelijk psycholoog en webmaster Bert Stoop die vrijheid zelfs centraal stelt als dierenrecht [zie o.a. zijn bekende website Animal Freedom].)

Economisch niet haalbaar
Het is duidelijk dat de theorie van Cochrane origineel is, maar het is mij niet duidelijk of hij wel zoveel toevoegt aan de relevante discussies. Hij behandelt bijvoorbeeld de vraag of dieren gehouden mogen worden in dierentuinen. Zijn conclusie luidt dat dit wel moreel verantwoord kan zijn, maar dan alleen als dierentuinen zo radicaal hervormd worden dat ze misschien niet eens meer lucratief kunnen zijn. In diverse opzichten stelt Cochrane eveneens dat er integere variaties mogelijk zijn op praktijken als paardensport, die nu nog altijd dieronvriendelijk uitpakken. Het probleem is hier opnieuw dat hij dit wel stelt, maar niet overtuigend uiterwerkt.

Wat het eten van dierlijke producten blijkt Cochrane alleen principieel tegen het eten van vlees te zijn wanneer dit afkomstig is van dieren die daarvoor geslacht zijn. Hij ziet bijvoorbeeld geen overtuigend argument tegen kweekvlees. Nu is daar nog wat voor te zeggen, maar dit geldt niet voor zijn overtuiging dat zuivelproductie als zodanig verenigbaar zijn met de belangen van landbouwhuisdieren. Zolang ze maar voldoende ruimte hebben, nergens toe gedwongen worden en niet geslacht worden, zou er niets mis hoeven te zijn met diervriendelijke zuivel. Hij impliceert dat het doden van de mannelijke dieren niet strikt noodzakelijk is, maar wat zouden veehouders moeten doen om het in leven houden van stiertjes en haantjes financieel te compenseren? Veganisme lijkt geen reële optie te zijn voor de auteur, maar hij verzuimt aan te geven waarom niet. Ook binnen zijn eigen denkkader is grootschalige diervriendelijke zuivelproductie economisch gezien niet haalbaar.

Systematisch en kernachtig
In positieve zin wil ik echter vermelden dat dit een van de helderste en meest systematische boeken is die ik de laatste jaren gelezen heb. Er komen sluitende argumenten in voor tegen allerlei bezwaren van tegenstanders van dierenrechten. Wellicht zijn de meeste daarvan wel reeds eerder weerlegd, maar de kernachtige, zelfverzekerde stijl maakt Animal Rights Without Liberation zeker het lezen waard.

Titus Rivas

Deze recensie verscheen in Vegan Magazine, lente 2015, nummer 104, blz. 26.

Contact: titusrivas@hotmail.com